[an error occurred while processing this directive]


 

Infomap bij de ontwikkelingsdoelen Algemene en Sociale Vorming BuSO OV3
Deel 2: Het buitengewoon secundair onderwijs

De specificiteit van het onderwijsaanbod in het buitengewoon secundair onderwijs (BuSO) uit zich in vier essentiële elementen: de geïntegreerde zorgbenadering, het schoolklimaat, de ontwikkelingsdoelen en de handelingsplanning. Deze pijlers vertrekken van de speciale onderwijs- en opvoedingsnoden en de maatschappelijke context van de leerlingen in het BuSO.

1 Geïntegreerde zorgbenadering

De speciale opvoedings- en onderwijsbehoeften van de leerlingen in het BuSO vereisen een geïntegreerde zorgbenadering. Daarom staat in het buitengewoon onderwijs een multi-disciplinair team in voor het onderwijs- en opvoedingsaanbod. Dit betekent dat alle leden van het schoolteam dat bestaat uit onderwijzend, paramedisch en ondersteunend personeel hun werk op elkaar afstemmen. De ontwikkelingsdoelen en de handelingsplanning zijn noodzakelijk voor het gecoördineerd handelen van het hele team.

De school streeft steeds een goede verstandhouding en samenwerking na met het gezin of de thuisomgeving van de leerling. Samenwerking met het netwerk van hulpverleningsinstanties in de regio is onontbeerlijk. Het CLB vervult daarbij een verbindingsfunctie. Schoolinterne en schoolexterne werking worden op elkaar afgestemd. Enkel dan bestaat er een goede kans dat de problemen waarmee de school geconfronteerd wordt een oplossing krijgen. Dit alles stelt hoge eisen aan de professionaliteit van het schoolteam.

2 Schoolklimaat

Het is belangrijk dat de school een orthopedagogisch klimaat creëert waarin leerlingen zich goed voelen, zodat ze een realistisch beeld ontwikkelen van hun mogelijkheden en beperkingen. Leerlingen leren hun bekwaamheden uiten en op zichzelf vertrouwen. Ze voelen zich gewaardeerd. Dit veronderstelt een veilig klimaat, waarin het welbevinden van de leerlingen centraal staat en waarin voldoende succesbeleving is ingebouwd. Bij het formuleren van ontwikkelingsdoelen is onder meer daarom gewaakt over een voldoende aantal tussenstappen met het oog op het realiseren van een globaal doel.

Omdat de meeste leerlingen op een of andere wijze te maken hebben met aanpassingsproblemen, wordt voldoende aandacht besteed aan de ontwikkeling van sociale vaardigheden en attitudes. Het orthopedagogisch klimaat mag niet resulteren in overbescherming, maar dient juist te stimuleren tot het verwerven van de nodige communicatieve vaardigheden en passende omgangsvormen. Een dergelijk emancipatorisch klimaat vergroot ook het inzicht en de probleemoplossingsvaardigheden in sociale situaties. Om dit alles te realiseren is het opbouwen van een goede relatie tussen leerling en begeleider van wezenlijk belang.

3 Ontwikkelingsdoelen

Het buitengewoon secundair onderwijs werkt met ontwikkelingsdoelen. Ontwikkelingsdoelen komen tegemoet aan de individualiserende aanpak in het buitengewoon onderwijs.

De ontwikkelingsdoelen voor het BuSO hebben betrekking op het geheel van de opleiding. De ontwikkelingsdoelen voor de verschillende fases worden niet afzonderlijk geformuleerd. Het BuSO selecteert immers ontwikkelingsdoelen op maat van de leerling.

De klassenraad kiest in het proces van de handelingsplanning de doelstellingen die het best tegemoet komen aan de opvoedings- en onderwijsbehoeften van de leerling of de leerlingengroep. Er is geen resultaatsverplichting voor scholen zoals in het gewoon onderwijs, maar een inspanningsverplichting om de decretale kwaliteitsstandaarden zoveel als mogelijk te bereiken.

De ontwikkelingsdoelen in het BuSO zijn geformuleerd per opleidingsvorm. Ze zijn voornamelijk finaliteitsgericht en niet zozeer gebonden aan een specifieke handicap. Kwaliteitsvol BuSO moet voldoende inspelen op de specifieke handicap van elke leerling. Dit is een essentiële opdracht van deze vorm van onderwijs. Daarom zullen ook nog ontwikkelingsdoelen ontwikkeld worden per specifieke onderwijs- en / of opvoedingsbehoefte. Deze ontwikkelingsdoelen zullen inpasbaar zijn in de globale doelen per opleidings­vorm.

De ontwikkelingsdoelen voor specifieke onderwijs- en/ of opvoedingsbehoeften kunnen ook nagestreefd worden door scholen in het gewoon onderwijs die leerlingen met een handicap opnemen.

4 Handelingsplanning

Scholen voor buitengewoon onderwijs werken met handelingsplanning. Om passende ontwikkelingsdoelen te selecteren en na te streven, is het cruciaal dat elke school voor buitengewoon onderwijs bijzondere aandacht besteedt aan de handelingsplanning.

De handelingsplanning vertrekt van de beginsituatie en de opvoedings- en onderwijsbehoeften van de individuele leerling. Op basis daarvan kiest de klassenraad relevante ontwikkelingsdoelen voor een leerling en/of voor de leerlingengroep. De klassenraad selecteert deze ontwikkelingsdoelen uit de decretaal vastgelegde lijst met ontwikkelingsdoelen voor de opleidingsvorm. De klassenraad kan ook de eindtermen en ontwikkelingsdoelen van andere onderwijsniveaus en andere onderwijsvormen selecteren als ontwikkelingsdoelen. De klassenraad kan bovendien doelen formuleren op basis van het pedagogisch project van de school.

De klassenraad bepaalt de inhouden, het tempo, de groeperingsvormen, de methoden, het materiaal en de taakverdeling om deze doelen na te streven bij de leerlingen en ook de evaluatiewijze.

Dan wordt het plan uitgevoerd en worden zowel het planningsproces als de effecten ervan op de leerling(en) geëvalueerd.

Het handelingsplan is de schriftelijke neerslag van het proces van handelingsplanning. Elke school heeft de vrijheid en verantwoordelijkheid om een handelingsplan te ontwikkelen dat beantwoordt aan de noden en behoeften van elke leerling of leerlingengroep.

Kwaliteitszorg op basis van handelingsplanning veronderstelt dat de school beschikt over een goed planningsconcept en dat zij dat concept ook zorgvuldig hanteert in de praktijk van elke dag.

naar boven - ga naar het volgende deel